rust

Het is vrijdagmiddag vijf uur als ik een hele middag via een scherm colleges heb gevolgd en daar koppijn van heb. Het idee dat ik dit het komende semester vol moet houden, valt me zwaar. Als ik vlak na vijven deeg aan het kneden ben voor naan gaat het al weer beter. Als ik om kwart over op de bank lig met een boek, terwijl het deeg rijst, gaat het nog beter. Ik waan mezelf wijs dat net als het deeg het beter met me gaat als ik rust.
En als ik knoflookboter op m’n naan smeer straks.